Dankzij het vaste netwerk van Ziggo ontmoeten mensen elkaar in een vingerknip online. Dat scheelt een hoop reisbewegingen en CO2-uitstoot. Maar om dit netwerk in de lucht te houden, moeten onze monteurs nog steeds de weg op. Met ruim 500 busjes houden zij Nederland verbonden. En die busjes worden steeds duurzamer. "We gaan razendsnel van diesel naar elektrisch."

De bedrijfsbrede doelstellingen van VodafoneZiggo liegen er niet om: 50% CO2-reductie in 2025 ten opzichte van 2018. Dit betekent dat er grote stappen gezet moeten worden. Ons wagenpark is daar een belangrijk onderdeel van. Maar hoe haalbaar is het, om daarin snel te verduurzamen? En wat komt er allemaal kijken bij zo'n operatie? We vragen het Jan Heijmans, eindverantwoordelijk voor alle monteursvoertuigen in het land.

Duurzame doelen
"Onze duurzame doelen zijn helder. En laten we wel wezen, ze zijn ook volkomen logisch. We zien grote uitdagingen in het beter zorgen voor onze leefomgeving. We zien hoe de overheid haar wetten en regels aanscherpt. En wat dacht je van de ontwikkelingen op gemeentelijk niveau? Nog even, en je komt met een diesel geen binnenstad meer in. Het roer, of in dit geval het stuur, moet dus gewoon om."

Kwestie van investeren
Theoretisch is het een kwestie van uitvoeren. In de praktijk komt er iets meer kijken bij zo'n transitie, weet Jan. "Kan het wel? Die vraag valt uiteen in verschillende elementen. De eerste is geld. Je kunt uittekenen dat de overgang een forse investering vergt. We becijferden dat elektrische busjes onder aan de streep 20% meer kosten. Een kostenpost die VodafoneZiggo direct accepteerde."

Goed bereik
Element twee? Dat is actieradius. Zit er genoeg stroom in de batterijen om een volle werkdag te kunnen draaien? "Een rondje langs wat autodealers liet zien dat hierin grote verschillen zijn. De actieradius was dan ook een doorslaggevende factor bij het kiezen voor onze bus. Een elektrisch busje zou een bereik hebben van 330 kilometer. In de praktijk is het eerder 250 kilometer. Op een aantal collega's in landelijke gebieden in het noorden na, kunnen onze monteurs hier goed mee uit de voeten."

Meenemen en voorbereiden
"Het laatste element zou je acceptatie kunnen noemen. Niet elke monteur was even gewillig om zijn vertrouwd klinkende dieselbus in te leveren voor een geruisloos elektrisch apparaat. En toegegeven, een elektrische wagen rijdt ook echt heel anders. Het was dus belangrijk om onze mensen mee te nemen in dit proces, en ze goed voor te bereiden. Dat deden we vanaf het eerste moment."

Kiezen en inrichten
"Eerst betrokken we monteurs bij de selectie van het ideale voertuig. Uit vier kanshebbers kozen we samen voor de Opel Vivaro-e. Daarna keken we ook met monteurs naar de inrichting en uitrusting van onze nieuwe bussen. Door een efficiëntere indeling kan er meer mee, en pak je sneller wat je nodig hebt.”

Instappen en wegwezen
"We begonnen een pilot met tien Opel Vivaro-e's. Een team experts stond klaar om onze monteurs wegwijs te maken. Rijden in een automaat, energie besparen, camera's benutten, de navigatie gebruiken. Dat zijn allemaal dingen waarbij een beetje hulp wel handig is. Ook de 150 monteurs die ná de pilot overgingen kregen daarom support. Zo maakten wij, en vooral de monteurs, een soepele overstap naar het elektrisch vervoer."

"Dit is geweldig!"
Hoe soepel die overgang ging, blijkt ook uit de resultaten. "Eigenlijk was die vlekkeloos. Zelfs mensen die vooraf sceptisch waren lieten me weten dat ze helemaal om waren. 'Wát ik eerder ook gezegd heb, dit is geweldig!'. Nou ja, dat is ook gewoon zo. Onze nieuwe bussen zijn ontzettend comfortabel. De stilte is lekker, de stoelen zijn fantastisch, er zitten allerlei technische snufjes in, zoals verkeersbordherkenning.

Ook de resultaten liegen er niet om, vertelt Jan. "Dit jaar nog, is 40% van ons wagenpark elektrisch. In 2026 is 90% van ons wagenpark elektrisch en in 2027 maken we daar 100% van. Dat is een jaar eerder dan onze deadline."